• Skip to main content
  • Skip to primary sidebar
  • Skip to footer

Bloemsma+Faassen

Accountants en belastingadviseurs

Assen (0592) 31 26 52
Groningen (050) 31 832 32

  • Home
  • Medewerkers
  • Vacatures
  • Ambassadeurs
  • Contact
  • Checklist aangifte IB 2024

/ 2022 augustus

Verjaring loonvordering

Omdat een werknemer gedwongen werd opgenomen in een kliniek voor verslavingszorg, staakte de werkgever de loonbetaling. De werkgever was van mening dat de arbeidsovereenkomst tot een einde was gekomen. De werknemer heeft bij het UWV een aanvraag voor een ziektewetuitkering ingediend, die werd afgewezen. Tegen de afwijzing heeft de werknemer bezwaar gemaakt, dat door het UWV ongegrond is verklaard.

Meer dan een jaar na de door de werkgever aangehouden datum van beëindiging van het dienstverband maakte een advocaat namens de werknemer aanspraak op loondoorbetaling bij ziekte en uitbetaling van achterstallig loon. De kantonrechter heeft geoordeeld dat de arbeidsovereenkomst tussen partijen is blijven bestaan. De loonvorderingen heeft de kantonrechter afgewezen omdat het beroep van de werkgever op rechtsverwerking slaagde. De werknemer heeft te lang gewacht met het instellen van zijn loonvordering.

In hoger beroep voerde de werknemer aan dat de kantonrechter het beroep op rechtsverwerking ten onrechte heeft gehonoreerd. Voor een geslaagd beroep op rechtsverwerking is meer nodig dan het enkele tijdsverloop of het stilzitten van een partij. Er dient een bijzondere omstandigheid te zijn waardoor bij de wederpartij het gerechtvaardigd vertrouwen is gewekt dat de gerechtigde zijn aanspraak niet (meer) geldend zal maken of waardoor de wederpartij onredelijk zou worden benadeeld in geval de gerechtigde zijn aanspraak alsnog geldend zou maken.

Volgens het Hof Den Haag heeft de kantonrechter terecht geoordeeld dat het beroep op rechtsverwerking van de werkgever slaagt. De werknemer heeft geen bezwaar gemaakt tegen de stopzetting van de loonbetaling of tegen het standpunt van de werkgever dat de arbeidsovereenkomst was geëindigd. Namens de werknemer is in de bezwaarprocedure bij het UWV het standpunt ingenomen dat de arbeidsovereenkomst geëindigd was. De werkgever was bij deze procedure betrokken. Na de afwijzing van het bezwaar door het UWV heeft de werknemer nog ruim vier maanden gewacht voordat hij aanspraak maakte op loon bij de werkgever, ondanks dat hij door een advocaat werd bijgestaan.

Naar het oordeel van het hof is sprake van bijzondere omstandigheden en van een handelwijze, die meer omvat dan het enkel stilzitten of laten verstrijken van de tijd door de werknemer. Onder deze omstandigheden mocht de werkgever er gerechtvaardigd op vertrouwen dat de werknemer zijn aanspraak op loon niet meer geldend zou maken.

Primary Sidebar

Laatste nieuws

  • Wie stelt moet bewijzen, ook na afloop van de bewaarplicht
  • Geen opgewekt vertrouwen door volgen aangifte in latere jaren
  • Zakelijk gebruik woning: documenteer tijdig en grondig
  • Registratie in postsysteem is geen bewijs voor tijdige verzending
  • Btw op factuur? Dan ook btw betalen!
  • Erfpacht afkopen of rente betalen?
  • Alle nieuwsberichten

Online inloggen

mijn kantoor Loonportaal

Klantenportaal

Onze meerwaarde
Duurzame bedrijfsvoering
Adequate advisering
Maatschappelijk betrokken

Footer

  • Facebook
  • LinkedIn
  • Twitter
  • YouTube

Algemene voorwaarden   |   Klachtenregeling   |   Privacy statement   |   Disclaimer
Copyright © 2025 Bloemsma + Faassen